Meng in een grote kom de bloem, suiker, bakpoeder, zout, kaneel en nootmuskaat. Maak een kuiltje in het midden en doe daar de melk, het ei, de boter en de vanille in.
Meng het geheel tot het geheel gemengd is, maar niet te lang, en spatel de appelstukjes er voorzichtig doorheen. Het beslag moet de consistentie hebben van een luchtige cake mix.
Vul een koekenpan voor de helft met olie. Zodra de olie klaar is (totdat de olie een temperatuur van ongeveer 185°C heeft bereikt (gemeten met een suikerthermometer) of wanneer er een druppel beslag naar boven drijft).
Schep met een koekjesschepper of eetlepel ongeveer 1/4 kopje beslag per donut in de hete olie en verdeel het beslag terwijl je bezig bent.
Laat telkens 4 tot 5 deegballen in de olie vallen. Zorg ervoor dat u ze niet overbelast. Bak elke kant tot ze goudbruin zijn, ongeveer 2 minuten per kant.
Pas de baktijd aan op basis van de grootte van de donuts en de temperatuur van de olie. Het is altijd een goed idee om er een uit te testen, zodat u zeker weet dat het werkt zoals u verwacht. Leg ze op absorberend papier om uit te lekken.
Meng het met kaneelsuiker terwijl het nog warm is en met ijs en een topping naar keuze.
Of klop de melk, poedersuiker en vanille door elkaar. Doop elke donut in het glazuur en draai ze om, zodat beide kanten bedekt zijn. Leg het op een rek om aan de lucht te drogen en uit te lekken.