Hoewel de functionele rol van de spier van de palmaris longus is afgenomen, vindt deze nu een tweede leven in de geneeskunde. Chirurgen gebruiken het bij reconstructieve operaties, vooral om beschadigde pezen te repareren of voor weefseltransplantaties. Doordat het relatief dun is en weinig gebruikt wordt in het dagelijks leven, is het een ideale kandidaat voor deze ingrepen, zonder risico op functieverlies voor de patiënt.
Waarom heeft de evolutie deze spier gespaard?
Als deze spier niet langer essentieel is, waarom is hij dan nog niet helemaal verdwenen? Het antwoord ligt in de afwezigheid van significante evolutionaire druk. In tegenstelling tot andere anatomische kenmerken waarvan het verdwijnen de overleving ten goede zou kunnen komen, leverde de spier van de palmaris longus geen nadelen op voor degenen die deze hadden behouden. De eliminatie ervan was dus niet noodzakelijk voor de menselijke aanpassing.
Evolutie, een nauwgezette beeldhouwer