Voorbereiding: Verwarm de oven voor op 180°C. Vet zes ovenbestendige kopjes licht in met boter en bestuif ze eventueel met een klein beetje bloem om aanbakken te voorkomen.
Appels voorbereiden: Leg de appelplakjes in elk kopje. Dit vormt de fruitige basis van de soufflé en zorgt voor een heerlijk contrast met het luchtige deeg. Besprenkel de appelplakjes lichtjes met citroensap om verkleuring te voorkomen en voor een vleugje frisheid.
Eigeelmengsel maken: Klop in een grote kom de eidooiers samen met de suiker tot het mengsel licht en romig is. Voeg daarna de gesmolten boter en melk toe en meng goed. Voeg de bloem toe en roer tot een glad beslag zonder klontjes.
Eiwitten kloppen: Klop in een andere schone kom de eiwitten stijf tot stevige pieken. Dit zorgt ervoor dat de soufflé luchtig en zacht wordt. Vouw de opgeklopte eiwitten voorzichtig door het eigeelmengsel, zodat het mengsel luchtig blijft.
Samenstellen: Giet het soufflébeslag voorzichtig over de appelplakjes in elk kopje, tot ze bijna vol zijn. Het beslag zal tijdens het bakken rijzen, dus laat een klein beetje ruimte over aan de bovenkant van de kopjes.
Bakken: Plaats de kopjes in de voorverwarmde oven en bak de soufflés gedurende 25-30 minuten, of totdat ze goudbruin zijn en mooi gerezen. Open de ovendeur niet tijdens het bakken, omdat de soufflés kunnen inzakken.
Serveren: Haal de kopjes voorzichtig uit de oven en bestuif de bovenkant van elke soufflé met een beetje poedersuiker voor een mooie afwerking. Serveer de appel soufflés meteen, want ze zijn het lekkerst als ze warm en luchtig zijn.
Tips en Trucs
