Ook hier kan het vallen verschillende oorzaken hebben: het deeg kan tijdens het bakken invallen of kort nadat het uit de oven is gehaald. Dit zijn de mogelijke oorzaken:
In het eerste geval kan het probleem zijn dat de oventemperatuur te hoog is, waardoor de buitenkant van de cake te snel gaart en de binnenkant te vochtig of niet gaar is. Soms vormt zich een “korst” op het oppervlak, die scheurt wanneer het deeg rijst en ervoor zorgt dat het centrale gedeelte instort.
In het tweede geval kan het probleem worden veroorzaakt door een grote temperatuurverandering, bijvoorbeeld het openen van de ovendeur tijdens het bakken, vooral bij cakes met snelwerkende gist. Bovendien kan het voorkomen dat er te weinig bloem in het deeg zit, waardoor het onmogelijk is om de juiste consistentie te bereiken. In dit geval moet u de verhoudingen zorgvuldig respecteren en indien nodig de hoeveelheid bloem vergroten. Ten eerste, vermijd het openen van de oven tijdens het bakken: als u de cake uit de oven haalt, laat hem dan enkele minuten staan met de deur op een kier, zodat de temperatuur niet snel daalt.
Een
van de meest voorkomende fouten is dat de pan niet goed is ingevet: het beslag blijft aan de pan plakken en breekt als je de pan eruit haalt. Bovendien kan het deeg scheuren als er te veel suiker wordt toegevoegd. Let op de verhoudingen in het recept en vergeet niet de bloem te zeven om klontjes te voorkomen.