ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Kun jij dit ogenschijnlijk eenvoudige wiskundeprobleem oplossen?

De uitdrukking 6 ÷ 2(1 + 2) is controversieel, maar laten we eens kijken waarom het juiste antwoord 9 is als we de klassieke wiskundige regels volgen.

Decodering van de berekeningsstappen:

Stap 1: Los de haakjes op

Laten we beginnen met het vereenvoudigen van de uitdrukking tussen haakjes:

1 + 2 = 3

De uitdrukking wordt dan:

6 ÷ 2(3)

Stap 2: Vermenigvuldigen en delen (volgorde van links naar rechts)

De fundamentele regel van wiskunde is het volgen van  de volgorde van bewerkingen , bekend onder de acroniemen  PEMDAS  of  BODMAS , die staan ​​voor:

  • P/B  = Haakjes
  • E/O  = Exponenten of Orden (machten, wortels)
  • MD  = Vermenigvuldigen en delen (van links naar rechts)
  • AS  = Optellen en aftrekken (van links naar rechts)

Belangrijk:  Vermenigvuldigen en delen worden op hetzelfde niveau behandeld en moeten in  de volgorde worden uitgevoerd waarin ze  van links naar rechts voorkomen.

ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Plaats een reactie