Contant geld: stoffig en ouderwets? Vergeet het maar. In een tijd waarin in Nederland haast niemand nog een portemonnee met muntgeld op zak heeft, blijken briefjes en munten buiten onze landsgrenzen onmisbaar.
Zodra je een voet buiten de gebaande toeristische paden zet, merk je dat een betaalpas of creditcard lang niet altijd volstaat. Juist op de meest authentieke en bijzondere plekken is cash nog koning. En wie dat vergeet, staat letterlijk met lege handen.
Op lokale markten waar vrouwen hun waar uitstallen, in afgelegen dorpjes zonder infrastructuur, of bij kleine ondernemers die simpelweg geen pinautomaat kunnen veroorloven: overal is contant geld de standaard.
Je kunt wel honger hebben, maar zonder gepast geld blijft de tajine of pho voor je neus staan. Een goede voorbereiding is dus essentieel voor een ontspannen reis. Niet alleen in verre landen, maar ook binnen Europa is cash soms je enige redmiddel.
Denk maar eens aan Roemenië. In Boekarest is pinnen mogelijk, maar op het platteland werkt het anders. Daar is briefgeld een dagelijkse realiteit.
Net als in veel delen van Italië, Spanje en Griekenland trouwens, waar je op dorpsmarkten of in familierestaurants nog altijd vriendelijk wordt verzocht om contant te betalen.
Je kaart kan nog zo glimmen, als het niet geaccepteerd wordt, heb je er weinig aan. Daarom is het verstandig om altijd een stap vooruit te denken.
Ook buiten Europa blijft de afhankelijkheid van fysiek geld verbazen. In landen als Cuba is digitale betaling vrijwel onmogelijk, deels door internationale blokkades.
Zelfs met een Europese pas kom je er vaak niet ver. De oplossing? Neem euro’s of Canadese dollars mee en wissel deze lokaal om. Zo voorkom je dat je vakantie in het water valt omdat je nergens kunt betalen. Dit soort situaties tonen aan dat cash meer is dan nostalgie; het is simpelweg noodzakelijk.