Een nieuwe subvariant van COVID-19 zorgt voor ophef onder artsen en gezondheidsinstanties in meerdere delen van de wereld. Deze variant, met de technische naam NB.1.8.1 en in de volksmond “Nimbus”, heeft de bijnaam “scheermes-keel” gekregen.
Dat klinkt onheilspellend – en dat is niet zonder reden. Patiënten melden namelijk dat ze een extreem pijnlijke keel ervaren, alsof ze schuurpapier of zelfs een scheermes hebben ingeslikt.
De scherpe keelpijn is opgemerkt door artsen in onder andere het Verenigd Koninkrijk en India, waar de variant voor een lichte piek in besmettingen heeft gezorgd.
De bijnaam is inmiddels wijdverbreid, juist omdat het zo’n kenmerkend en heftig symptoom betreft. Uiteraard blijven ook de bekende klachten als koorts, koude rillingen, hoesten, benauwdheid en het verlies van smaak of reuk optreden bij deze en andere varianten van het coronavirus.
Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie speelt de opmars van Nimbus vooral in delen van Zuidoost-Azië, het oostelijke Middellandse Zeegebied en het westen van de Stille Oceaan.
Daar werd eind mei een toename van het aantal besmettingen geregistreerd. Deze subvariant dook in mei op in bijna 11% van de wereldwijd geanalyseerde monsters.
Het virus is bovendien al gesignaleerd op Amerikaanse luchthavens, waaronder die in Californië, Virginia, New York en de staat Washington. Reizigers uit de genoemde regio’s bleken drager van de nieuwe variant.
Toch lijkt de ernst van de ziekte die deze variant veroorzaakt tot dusver mee te vallen. De WHO benadrukt dat er op dit moment geen bewijs is dat de klachten zwaarder zijn dan bij eerdere varianten.
Hoewel sommige landen in de westelijke Stille Oceaan meer ziekenhuisopnames melden, zijn er geen signalen dat Nimbus agressiever of dodelijker is dan voorgangers zoals Omicron.