Soms denken we dat we een evenement bijwonen als een gewone gast. We houden ons gedeisd, glimlachen beleefd en vermijden opdringerigheid. Maar sommige verhalen zijn allesbehalve discreet. Sommige verhalen verdienen het om verteld te worden… en gehoord te worden.
Ik ontmoette Léo voor het eerst toen hij zes jaar oud was. Verlegen en teruggetrokken klampte hij zich als een reddingslijn vast aan het been van zijn vader. Julien, zijn vader, had me over hem verteld, maar die dag, toen ik deze kleine jongen met zijn achterdochtige blik zag, veranderde er iets in me. Een vonk. Een golf van tederheid.
Ik gaf hem geen speeltje. Nee. Ik gaf hem een boek over dinosaurussen, zijn passie. Om hem te vertellen: ik zie je. Niet als een kind dat getemd moet worden, maar als een klein mensje met zijn passies, zijn wonden, zijn mysteries. En zo is het allemaal begonnen.
Beetje bij beetje bouwden we een gezin op
Ik heb mezelf nooit iets opgelegd. Ik liet de tijd zijn werk doen. Toen Julien me ten huwelijk vroeg, vroeg ik Léo of hij het goed vond dat ik bij hen woonde. Die dag bakten we chocoladekoekjes. Hij antwoordde: “Wil je ze nog steeds maken als je mijn schoonmoeder bent?” Ik beloofde: elke zaterdag. En ik heb mijn woord gehouden.
vervolg op de volgende pagina