ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Chirurgen weigerden het weeskind te opereren. Maar toen de verpleegster de operatiekamer binnenkwam, huilde het hele personeel toen ze zagen wat ze had gedaan.

– Mijn naam is Maria Ivanovna. En jij?

– Katja…

– Wat een prachtige naam. Ik had ook een kleindochter, Katja… – de vrouwenstem trilde even. – Maar ze is weg. En nu ben je net als de mijne. Je bent niet meer alleen, hoor je me?

De volgende ochtend gebeurde er iets wat niemand had verwacht. Maria Ivanovna kwam naar de afdeling met documenten die door een notaris waren bekrachtigd. Ze tekende haar toestemming voor de operatie en werd Katja’s tijdelijke voogd. De artsen waren verbijsterd.

Alleen ter illustratie

– Begrijp je waar je aan begint? – vroeg de hoofdarts. – Het is een enorm risico. Als er iets misgaat…

– Ik begrijp alles, – antwoordde Maria Ivanovna vastberaden maar zacht. – Ik heb niets te verliezen. En zij heeft een kans. Ik zal haar kans zijn. En als jullie, geleerde mensen, niet in wonderen geloven, dan geloof ik dat wel.

De operatie duurde zesenhalf uur. Iedereen verstijfde van spanning. En Maria Ivanovna zat in de gang, haar ogen niet van de operatiekamerdeur afwendend. In haar handen klemde ze een oude sjaal met een geborduurde bloem – dezelfde die haar kleindochter ooit had genaaid.

Toen de chirurg de operatiekamer verliet, waren zijn ogen rood van vermoeidheid.

“We hebben alles gedaan wat we konden…”, begon hij, en Maria Ivanovna werd onmiddellijk bleek. “En het lijkt erop… dat ze het zal overleven. We hebben het gedaan. Ze heeft gevochten. En jij, oma, hebt het onmogelijke gedaan.”

Alleen ter illustratie

Niet in staat hun emoties te bedwingen, vloeiden de tranen bij iedereen: verpleegkundigen, artsen, zelfs het strenge hoofd van de afdeling. Want voor het eerst in lange tijd zagen ze hoe een simpele menselijke handeling de ziel kan verwarmen en een leven kan redden.

vervolg op de volgende pagina

ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Plaats een reactie