Krok 4: Bereid de bakvorm.
Vet een springvorm van 20 cm in met olie en bestuif met bloem. Leg repen bakpapier op de bodem, zodat je de taart later gemakkelijk kunt verwijderen.
Krok 5: Verdeel en vul het deeg.
Verdeel het deeg in twee delen. Rol één deel uit tot een dikte van 4–5 mm en bekleed hiermee de vorm. Prik met een vork in de bodem en verdeel de abrikozenmarmelade gelijkmatig over het deeg.
Krok 6: Bedek de taart.
Rol het tweede deel van het deeg uit en leg het als deksel op de vulling. Druk de randen stevig aan en prik ook de bovenkant in met een vork.
Krok 7: Bereid het citroenglazuur.