Verwarm de oven voor op 160°C (320°F).
Bekleed twee bakplaten met bakpapier en teken op elk papier twee cirkels (van ongeveer 20 cm doorsnee). Draai het papier vervolgens om, zodat de inkt de meringue niet raakt.
Meng in een grote kom de gemalen amandelen met de poedersuiker.
Klop de eiwitten met een snufje zout tot ze zachte pieken vormen. Voeg geleidelijk de kristalsuiker toe en blijf kloppen tot de meringue stevig en glanzend is.
Spatel het amandel-suikermengsel voorzichtig door het eiwit.
Duw of smeer de meringue op het voorbereide bakpapier en vul de cirkels gelijkmatig.
Bak gedurende 1 uur, of tot de meringues knapperig en lichtgouden zijn. Laat ze volledig afkoelen.
2. Bereid de pralinécrème:
